In elke folder en op iedere website – met betrekking tot babyvoeding – die ik bekeek, kreeg ik min of meer dezelfde informatie: baby’s tot één jaar mogen geen zout, honing en zo min mogelijk suiker. Maar nergens stond precies waarom dat is en daar ben ik dan juist nieuwsgierig naar. Waarom zou ik bepaalde voedingsmiddelen niet mogen geven aan m’n uk? Groeit er een arm uit z’n schattige babyhoofdje, als ik een scheut honing door zijn thee roer? En rotten zijn pasgekweekte tandjes meteen uit z’n mond als ik er na het avondeten een Danoontje in lepel? Om deze niet-wenselijke taferelen te voorkomen, besloot ik op onderzoek uit te gaan.
Honing
“Smeer anders wat honing op de speen!” was het advies dat ik vaak kreeg als ik mensen van de leeftijd van mijn ouders (of ouder) vertelde dat onze zoon zijn flesje weigerde. Door de zoete smaak zou hij vast wel aanhappen om vervolgens nooit meer los te laten. Onze (groot)ouders hebben waarschijnlijk naar hartenlust en met de beste bedoelingen overal honing op en aan gesmeerd, om ons als baby geïnteresseerd te krijgen in bijvoorbeeld een speentje.
Tegenwoordig blijkt echter dat het helemaal niet goed is om jonge kinderen honing te geven. Er kunnen namelijk sporen van de bacterie botulisme in zitten, die voor spierzwakte en verlamming kunnen zorgen en zelfs tot de dood kunnen leiden. De botulisme-bacterie zit in de grond en door bijvoorbeeld de pootjes van de bijen of slechte hygiëne van de imker kan dit in de honing terecht komen. De bacterie is niet gevaarlijk voor kinderen die één jaar of ouder zijn. Dan is de darmflora er namelijk tegen bestand en kunnen we met een gerust hart een beker thee met honing voorschotelen. Tot die tijd dus geen honing op zijn speen. Ik accepteer dus maar gewoon dat mijn zoon geen fan is van plastic spenen, als hij ook the real deal van z’n moeder kan krijgen.
Zout
Het consultatiebureau drukte me uit voorzorg op het hart om geen zout toe te voegen aan mijn zelfgeknutselde babyhapjes. Ik kwam er al snel achter waarom ze daar zo’n nadruk op leggen.
Een teveel aan zout zorgt ervoor dat de nieren overbelast raken en dat kan voor nierschade zorgen. De nieren moeten het zout namelijk uit het bloed filteren. Lang werd gedacht dat het eten van zout ook voor een hoge bloeddruk kan zorgen. Nu blijkt dat dit alleen geldt voor mensen die al gevoelig zijn voor zout.
Zout zit in veel kant-en-klaar producten, zoals soepen, ingeblikte groenten, koekjes (!), sauzen en kruidenmixjes, maar ook in bijvoorbeeld brood. In één boterham zit al 0,44 gram zout. Het Voedingscentrum raadt aan om kinderen tot één jaar minder dan 1 gram zout per dag te geven. Met twee boterhammen (zonder beleg!) zit je daar dus al bijna aan. Tot drie jaar mogen kinderen 3 gram zout per dag. Daarna loopt de hoeveelheid zout die maximaal wordt aangeraden langzaam op tot 6 gram voor een volwassene. Overigens is hier discussie over: er zijn artsen die dit willen terugdringen naar maximaal 3 gram per dag.
Als je zelf aan de slag gaat met babyhapjes, houd deze maximale hoeveelheid zout dan in je achterhoofd. Je kunt de inname van zout beperken door zo min mogelijk kant-en-klaar producten te gebruiken en door aan je eigen gemaakte maaltijden geen zout toe te voegen. Kies voor zoveel mogelijk verse producten en voor zoutvrij broodbeleg. Denk dan aan bijvoorbeeld avocado, geprakte banaan, jam (waar weinig suiker aan is toegevoegd) of roomboter zonder zout.
Suiker
Steeds vaker lees ik over het weren van suiker uit ons voedingspatroon. We zouden het absoluut niet nodig hebben en het is alleen maar ongezond. Waar onze moeders vroeger liefdevol een Liga aan het verkruimelen waren in onze fruithapjes, worden we nu raar aangekeken als we alleen al naar een Nijntje-koekje wijzen!
Puur suiker is niets meer dan calorieën. Een teveel aan suiker kan voor overgewicht zorgen en bovendien is het slecht voor de tanden. Verder zorgt de inname van suiker ervoor dat de bloedsuikerspiegel snel stijgt. Hierop reageert de alvleesklier door insuline aan te maken, dat de bloedsuikerspiegel laat dalen. Je kunt je voorstellen dat het voor je lichaam niet goed is om vaak met dit soort extreme stijgingen en dalingen van de bloedsuiker om te gaan. Dit kan tot vermoeidheid en zelfs Diabetes type 2 leiden.
Doordat we suiker niet nodig hebben om te kunnen overleven, wordt aangeraden om onze kinderen hier niet teveel aan te laten wennen. Kinderen die niet gewend zijn aan bijvoorbeeld suikerrijke drankjes, zullen als ze ouder zijn ook eerder genoegen nemen met een glas water tegen de dorst.
Als gewichtsconsulente onderschrijf ik dat advies absoluut, maar wel met een kleine kanttekening. Onze maatschappij staat bol van de suikerrijke (en lekkere!) producten, daar is bijna geen ontkomen aan. Door een kind volledig weg te houden van al dat lekkers, wordt die er in mijn optiek juist alleen maar nieuwsgierig naar. Bovendien ken ik zo goed als geen enkele volwassene die een volledig suikervrij eetpatroon volhoudt. Een kind heeft op een gegeven moment door dat papa en mama wel chocolade eten, dat een neefje wel limonade drinkt en dat een buurmeisje Danoontjes na het eten krijgt. Om die reden zou ik aanraden om je kind zo nu en dan toch iets lekkers te geven en het op die manier te leren dat heel soms iets eten met suiker best kan. Zolang het maar met mate is en je daarnaast voldoende gezonde voeding binnen krijgt.
Wees je er ook van bewust dat jij als ouder hier een belangrijke voorbeeldfunctie in hebt. Je kunt je kind niet weghouden van suiker, als je zelf aan de lopende band snoepsleutels, Toblerone-repen en blikjes cola wegzet. Als je zelf een gezond eetpatroon hebt, waarin heel soms ruimte is voor iets lekkers, dan leert je kind dat ook.
Meer weten?
- Meer over zout
- Meer over honing
- Meer over de bloedglucosespiegel